10K+ studenten - 4.8/5
Leer met een leraar Inclusief leermaterialen Oefen conversatie

Toevoegen (toevoegen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Vervoeging van toevoegen (toevoegen) voor alle werkwoordstijden met voorbeeldzinnen en oefeningen.

Toevoegen (toevoegen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Leermaterialen die dit werkwoord implementeren:

Niveau: A2

Module 2: Maatschappij en overheid (Maatschappij en overheid)

Les 13: Bij de bank (Bij de bank)

Infinitief Voltooid deelwoord
Toevoegen (Toevoegen) Toegevoegd (Toegevoegd)

Werkwoordsvormen

Aantonende wijs

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT) 

Nederlands Nederlands
(ik) toevoeg (ik) toevoeg
(jij) voegt/toevoegt (jij) voegt/toevoegt
(hij/zij/het) voegt/toevoegt (hij/zij/het) voegt/toevoegt
(wij) toevoegen (wij) toevoegen
(jullie) toevoegen (jullie) toevoegen
(zij) toevoegen (zij) toevoegen

Onvoltooid verleden tijd (OVT) 

Nederlands Nederlands
(ik) voegde toe (ik) voegde toe
(jij) voegde toe/voegde jij toe (jij) voegde toe/voegde jij toe
(hij/zij/het) voegde toe (hij/zij/het) voegde toe
(wij) voegden toe (wij) voegden toe
(jullie) voegden toe (jullie) voegden toe
(zij) voegden toe (zij) voegden toe

Voltooid tegenwoordige tijd (VTT) 

Nederlands Nederlands
(ik) heb toegevoegd (ik) heb toegevoegd
(jij) hebt toegevoegd/ hebt toegevoegd? (jij) hebt toegevoegd/ hebt toegevoegd?
(hij/zij/het) heeft toegevoegd (hij/zij/het) heeft toegevoegd
(wij) hebben toegevoegd (wij) hebben toegevoegd
(jullie) hebben toegevoegd (jullie) hebben toegevoegd
(zij) hebben toegevoegd (zij) hebben toegevoegd

Voltooid verleden tijd (VVT) 

Nederlands Nederlands
(ik) heb toegevoegd (ik) heb toegevoegd
(jij) hebt toegevoegd / hebt toegevoegd (jij) hebt toegevoegd / hebt toegevoegd
(hij/zij/het) heeft toegevoegd (hij/zij/het) heeft toegevoegd
(wij) hebben toegevoegd (wij) hebben toegevoegd
(jullie) hebben toegevoegd (jullie) hebben toegevoegd
(zij) hebben toegevoegd (zij) hebben toegevoegd

Onvoltooid toekomende tijd (OTTk) 

Nederlands Nederlands
(ik) zal hebben toegevoegd/zal toegevoegd hebben (ik) zal hebben toegevoegd/zal toegevoegd hebben
(jij) zal hebben toegevoegd/zult toegevoegd hebben (jij) zal hebben toegevoegd/zult toegevoegd hebben
(hij/zij/het) zal hebben toegevoegd/zal toegevoegd hebben (hij/zij/het) zal hebben toegevoegd/zal toegevoegd hebben
(wij) zullen hebben toegevoegd/zullen toegevoegd hebben (wij) zullen hebben toegevoegd/zullen toegevoegd hebben
(jullie) zullen hebben toegevoegd/zullen toegevoegd hebben (jullie) zullen hebben toegevoegd/zullen toegevoegd hebben
(zij) zullen hebben toegevoegd/zullen toegevoegd hebben (zij) zullen hebben toegevoegd/zullen toegevoegd hebben

Voltooid toekomende tijd (VTTk) 

Nederlands Nederlands
(ik) zal hebben toegevoegd (ik) zal hebben toegevoegd
(jij) zal/wilt hebben toegevoegd (jij) zal/wilt hebben toegevoegd
(hij/zij/het) zal hebben toegevoegd (hij/zij/het) zal hebben toegevoegd
(wij) zullen hebben toegevoegd (wij) zullen hebben toegevoegd
(jullie) zullen hebben toegevoegd (jullie) zullen hebben toegevoegd
(zij) zullen hebben toegevoegd (zij) zullen hebben toegevoegd
Conditionele wijs

Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT) 

Nederlands Nederlands
(ik) zou toevoegen (ik) zou toevoegen
(jij) zou toevoegen (jij) zou toevoegen
(hij/zij/het) zou toevoegen (hij/zij/het) zou toevoegen
(wij) zouden toevoegen (wij) zouden toevoegen
(jullie) zouden toevoegen (jullie) zouden toevoegen
(zij) zouden toevoegen (zij) zouden toevoegen

Conditionele Verleden Tijd (CVT) 

Nederlands Nederlands
(ik) zou toegevoegd hebben (ik) zou toegevoegd hebben
(jij) zou toegevoegd hebben (jij) zou toegevoegd hebben
(hij/zij/het) zou toegevoegd hebben (hij/zij/het) zou toegevoegd hebben
(wij) zouden toegevoegd hebben (wij) zouden toegevoegd hebben
(jullie) zouden toegevoegd hebben (jullie) zouden toegevoegd hebben
(zij) zouden toegevoegd hebben (zij) zouden toegevoegd hebben
Imperatief (gebiedende wijs)

Gebiedende wijs 

Nederlands Nederlands
Voeg toe! Voeg toe!