Voelen (voelen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen
Delen
Gekopieerd!
Vervoeging van voelen (voelen) voor alle werkwoordstijden met voorbeeldzinnen en oefeningen.
Infinitief |
Voltooid deelwoord |
Voelen (Voelen) |
Gevoeld (Gevoeld) |
Werkwoordsvormen
Aantonende wijs |
Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT)
Delen
Gekopieerd!
Nederlands |
Nederlands |
(ik) voel |
(ik) voel |
(jij) voelt/voel |
(jij) voelt/voel |
(hij/zij/het) voelt |
(hij/zij/het) voelt |
(wij) voelen |
(wij) voelen |
(jullie) voelen |
(jullie) voelen |
(zij) voelen |
(zij) voelen |
|
Onvoltooid verleden tijd (OVT)
Delen
Gekopieerd!
Nederlands |
Nederlands |
(ik) voelde |
(ik) voelde |
(jij) voelde/voeldet |
(jij) voelde/voeldet |
(hij/zij/het) voelde |
(hij/zij/het) voelde |
(wij) voelden |
(wij) voelden |
(jullie) voelden |
(jullie) voelden |
(zij) voelden |
(zij) voelden |
|
Voltooid tegenwoordige tijd (VTT)
Delen
Gekopieerd!
Nederlands |
Nederlands |
(ik) heb gevoeld |
(ik) heb gevoeld |
(jij) hebt gevoeld |
(jij) hebt gevoeld |
(hij/zij/het) heeft gevoeld |
(hij/zij/het) heeft gevoeld |
(wij) hebben gevoeld |
(wij) hebben gevoeld |
(jullie) hebben gevoeld |
(jullie) hebben gevoeld |
(zij) hebben gevoeld |
(zij) hebben gevoeld |
|
Voltooid verleden tijd (VVT)
Delen
Gekopieerd!
Nederlands |
Nederlands |
(ik) heb gevoeld |
(ik) heb gevoeld |
(jij) hebt/ heeft gevoeld |
(jij) hebt/ heeft gevoeld |
(hij/zij/het) heeft gevoeld |
(hij/zij/het) heeft gevoeld |
(wij) hebben gevoeld |
(wij) hebben gevoeld |
(jullie) hebben gevoeld |
(jullie) hebben gevoeld |
(zij) hebben gevoeld |
(zij) hebben gevoeld |
|
Onvoltooid toekomende tijd (OTTk)
Delen
Gekopieerd!
Nederlands |
Nederlands |
(ik) zal gevoeld hebben |
(ik) zal gevoeld hebben |
(jij) zult/zal gevoeld hebben |
(jij) zult/zal gevoeld hebben |
(hij/zij/het) zal gevoeld hebben |
(hij/zij/het) zal gevoeld hebben |
(wij) zullen gevoeld hebben |
(wij) zullen gevoeld hebben |
(jullie) zullen gevoeld hebben |
(jullie) zullen gevoeld hebben |
(zij) zullen gevoeld hebben |
(zij) zullen gevoeld hebben |
|
Voltooid toekomende tijd (VTTk)
Delen
Gekopieerd!
Nederlands |
Nederlands |
(ik) zal hebben gevoeld |
(ik) zal hebben gevoeld |
(jij) zult/zal hebben gevoeld |
(jij) zult/zal hebben gevoeld |
(hij/zij/het) zal hebben gevoeld |
(hij/zij/het) zal hebben gevoeld |
(wij) zullen hebben gevoeld |
(wij) zullen hebben gevoeld |
(jullie) zullen hebben gevoeld |
(jullie) zullen hebben gevoeld |
(zij) zullen hebben gevoeld |
(zij) zullen hebben gevoeld |
|
Conditionele wijs |
Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT)
Delen
Gekopieerd!
Nederlands |
Nederlands |
(ik) zou voelen |
(ik) zou voelen |
(jij) zou voelen |
(jij) zou voelen |
(hij/zij/het) zou voelen |
(hij/zij/het) zou voelen |
(wij) zouden voelen |
(wij) zouden voelen |
(jullie) zouden voelen |
(jullie) zouden voelen |
(zij) zouden voelen |
(zij) zouden voelen |
|
Conditionele Verleden Tijd (CVT)
Delen
Gekopieerd!
Nederlands |
Nederlands |
(ik) zou gevoeld hebben |
(ik) zou gevoeld hebben |
(jij) zou gevoeld hebben |
(jij) zou gevoeld hebben |
(hij/zij/het) zou gevoeld hebben |
(hij/zij/het) zou gevoeld hebben |
(wij) zouden gevoeld hebben |
(wij) zouden gevoeld hebben |
(jullie) zouden gevoeld hebben |
(jullie) zouden gevoeld hebben |
(zij) zouden gevoeld hebben |
(zij) zouden gevoeld hebben |
|
Imperatief (gebiedende wijs) |
Gebiedende wijs
Delen
Gekopieerd!
Nederlands |
Nederlands |
Voel! |
Voel! |
|