Volgen (volgen) - Voltooid tegenwoordige tijd (VTT), aantonende wijs (Voltooid tegenwoordige tijd , aantonende wijs)

 Volgen (volgen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Volgen - Vervoeging van Volgen in het Nederlands: vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de voltooide tegenwoordige tijd, aantonende wijs tijd (Voltooid tegenwoordige tijd (VTT), aantonende wijs).

Voltooid tegenwoordige tijd (VTT), aantonende wijs (Voltooid tegenwoordige tijd , aantonende wijs)

Alle vervoegingen en tijden: Volgen (volgen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Lesprogramma: Nederlandse les - Op het vliegveld en in het vliegtuig. (Op het vliegveld en in het vliegtuig.)

Voltooid tegenwoordige tijd van volgen

Nederlands Nederlands
ik heb gevolgd ik heb gevolgd
jij hebt gevolgd / heb jij gevolgd? jij hebt gevolgd / heb jij gevolgd?
hij/zij/het heeft gevolgd hij/zij/het heeft gevolgd
wij hebben gevolgd wij hebben gevolgd
jullie hebben gevolgd jullie hebben gevolgd
zij hebben gevolgd zij hebben gevolgd

Voorbeeldzinnen

Nederlands Nederlands
Ik heb de veiligheidsinstructies gevolgd. Ik heb de veiligheidsinstructies gevolgd.
Jij hebt de piloot gevolgd op het scherm. Jij hebt de piloot gevolgd op het scherm.
De stewardess heeft de procedures gevolgd. De stewardess heeft de procedures gevolgd.
Wij hebben de borden in de luchthaven gevolgd. Wij hebben de borden in de luchthaven gevolgd.
Jullie hebben de route naar de balie gevolgd. Jullie hebben de route naar de balie gevolgd.
Zij hebben de instructies voor de veiligheidsgordel gevolgd. Zij hebben de instructies voor de veiligheidsgordel gevolgd.

Oefening: Werkwoordsvervoeging

Instructie: Kies de juiste vorm.

Toon vertaling Toon antwoorden

heb, ik, gevolgd, heeft, hebben, wij, zij, jullie, <strong>heb, jij

1.
... ... de veiligheidsinstructies ....
(Ik heb de veiligheidsinstructies gevolgd.)
2.
... ...t de piloot ... op het scherm.
(Jij hebt de piloot gevolgd op het scherm.)
3.
De stewardess ... de procedures ....
(De stewardess heeft de procedures gevolgd.)
4.
... ... de borden in de luchthaven ....
(Wij hebben de borden in de luchthaven gevolgd.)
5.
... ... de route naar de balie ....
(Jullie hebben de route naar de balie gevolgd.)
6.
... ... de instructies voor de veiligheidsgordel ....
(Zij hebben de instructies voor de veiligheidsgordel gevolgd.)