Nevenschikkende voegwoorden (en, maar, of, want) Delen Gekopieerd!
Voegwoorden zoals 'en', 'maar', 'of' verbinden woorden of zinnen.
Grammatica: Nevenschikkende voegwoorden (en, maar, of, want)
A1 Nederlands Voegwoorden
Niveau: A1
Module 3: Dag tot dag (Dag tot dag)
Les 15: Dagelijks eten (Dagelijks eten)
Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 15 minuten
Audio en video
- Een voegwoord kan tussen twee gelijke zinsdelen staan.
Voegwoord | Gebruik | Voorbeeld |
---|---|---|
En | Voegt twee delen samen (Voegt twee delen samen) | Ik eet brood en kaas. |
Maar | Tegenstelling (Tegenstelling) | Ik wil soep, maar ik heb geen lepel. |
Of | Keuze (Keuze) | Wil je thee of koffie? |
Want | Reden (Reden) | Ik eet soep, want het is koud. |
Oefening 1: Nevenschikkende voegwoorden (en, maar, of, want)
Instructie: Vul het juiste woord in.
of, maar, en, want
Oefening 2: Vertaal en gebruik in een zin
Instructie: Kies een woord, vertaal het en gebruik het woord in een zin of dialoog.
1
of
of
2
want
want
3
en
en
4
maar
maar