- Na ''laten staat het hele werkwoord zonder 'te'.
- Na 'om' gebruik je altijd te + infinitief.
Constructie (Constructie) | Uitleg (Uitleg) | Voorbeeld (Voorbeeld) |
---|---|---|
laten + werkwoord | Actie door iemand anders (Actie door iemand anders) Voorstel (Voorstel ) | Ik laat de reis boeken door het reisbureau. (Ik laat de reis boeken door het reisbureau.) Laten we op vakantie gaan. (Laten we op vakantie gaan.) |
te + werkwoord | Na bepaalde werkwoorden (Na bepaalde werkwoorden) | Hij besluit naar Spanje te gaan. (Hij besluit naar Spanje te gaan.) Ik begin me klaar te maken. (Ik begin me klaar te maken.) |
om te + infinitief | Doel of reden van een actie (Doel of reden van een actie) | Ik ga op vakantie om te ontspannen. (Ik ga op vakantie om te ontspannen.) |
aan het + infinitief | Actie is bezig (Actie is bezig) | Riet is haar koffer aan het maken. (Riet is haar koffer aan het maken.) |
Oefening 1: Werkwoorden met '(om) te', 'laten' en 'aan het'
Instructie: Vul het juiste woord in.
laat, te, om te, aan het, laten
Oefening 2: Meerkeuze
Instructie: Choose the correct sentence regarding verbs with 'te', 'laten', 'om te' and 'aan het'.