Woordenschat (16) Delen Gekopieerd!
Oefeningen Delen Gekopieerd!
Deze oefeningen kunnen tijdens conversatielessen samen gedaan worden of als huiswerk.
Oefening 1: Vertaal en gebruik in een zin
Instructie: Kies een woord, vertaal het en gebruik het woord in een zin of dialoog.
1
Der Drucker
Der Drucker
2
De notities
De notities
3
De beslissing
De beslissing
4
Akkoord gaan met
Akkoord gaan met
5
Afdrukken
Afdrukken
Oefening 2: Gesprekskaarten
Instructie: Kies een situatie en oefen het gesprek met je docent of medestudenten.
Oefening 3: Meerkeuze
Instructie: Kies de juiste oplossing
1. Ik ___ akkoord met het voorstel dat we morgen een extra vergadering plannen.
2. ___ jij het eens met de beslissing van de directie?
3. Ik ___ het niet eens met het voorstel dat we zonder extra vergoeding uren moeten verlengen.
4. Kunt u de notities ___ voordat de vergadering begint?
Oefening 4: Kantoor en vergaderingen: Akkoord gaan met een voorstel
Instructie:
Werkwoordschema's
Zijn - Zijn
Tegenwoordige tijd
- Ik ben
- Jij bent
- Hij/Zij/Het is
- Wij zijn
- Jullie zijn
- Zij zijn
Beginnen - Beginnen
Tegenwoordige tijd
- Ik begin
- Jij begint
- Hij/Zij/Het begint
- Wij beginnen
- Jullie beginnen
- Zij beginnen
Gaan - Gaan
Tegenwoordige tijd
- Ik ga
- Jij gaat
- Hij/Zij/Het gaat
- Wij gaan
- Jullie gaan
- Zij gaan
Betwijfelen - Betwijfelen
Tegenwoordige tijd
- Ik betwijfel
- Jij betwijfelt
- Hij/Zij/Het betwijfelt
- Wij betwijfelen
- Jullie betwijfelen
- Zij betwijfelen
Krijgen - Krijgen
Tegenwoordige tijd
- Ik krijg
- Jij krijgt
- Hij/Zij/Het krijgt
- Wij krijgen
- Jullie krijgen
- Zij krijgen
Accepteren - Accepteren
Gebiedende wijs
- (jij) accepteer
- (u) accepteer
- (wij) accepteren
- (jullie) accepteer
- (zij) accepteren
Afdrukken - Afdrukken
Tegenwoordige tijd
- Ik druk
- Jij drukt
- Hij/Zij/Het drukt
- Wij drukken
- Jullie drukken
- Zij drukken
Zeggen - Zeggen
Tegenwoordige tijd
- Ik zeg
- Jij zegt
- Hij/Zij/Het zegt
- Wij zeggen
- Jullie zeggen
- Zij zeggen
Nemen - Nemen
Tegenwoordige tijd
- Ik neem
- Jij neemt
- Hij/Zij/Het neemt
- Wij nemen
- Jullie nemen
- Zij nemen
Oefening 5: Akkoord en niet akkoord uitdrukken
Instructie: Vul het juiste woord in.
Grammatica: Akkoord en niet akkoord uitdrukken
Toon vertaling Toon antwoordengaan, betwijfel, denk, ben, klopt
Grammatica Delen Gekopieerd!
We geven toe dat het niet het meest opwindende is, maar het is absoluut essentieel (en we beloven dat het zich zal terugbetalen)!
Werkwoordsvervoegingstabellen voor deze les Delen Gekopieerd!
Zie je geen vooruitgang als je alleen studeert? Bestudeer dit materiaal met een gecertificeerde docent!
Wil je vandaag Nederlands oefenen? Dat kan! Neem vandaag nog contact op met een van onze docenten.