10K+ studenten - 4.8/5
Leer met een leraar Inclusief leermaterialen Oefen conversatie

Betalen (betalen) - Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs (Onvoltooid tegenwoordige tijd , aantonende wijs)

Betalen (betalen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Betalen - Vervoeging van Betalen in het Nederlands: Vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de tegenwoordige tijd, aantonende wijs (Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs).

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs (Onvoltooid tegenwoordige tijd , aantonende wijs)

Alle vervoegingen en tijden: Betalen (betalen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Lesprogramma: Nederlandse les - Prijzen en geld (Prijzen en geld)

Vervoeging van betalen in de onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT)

Nederlands Nederlands
(ik) betaal (ik) betaal
(jij) betaalt / betaal (jij) betaalt / betaal
(hij/zij/het) betaalt (hij/zij/het) betaalt
(wij) betalen (wij) betalen
(jullie) betalen (jullie) betalen
(zij) betalen (zij) betalen

Voorbeeldzinnen

Nederlands Nederlands
Ik betaal contant geld in de winkel. Ik betaal contant geld in de winkel.
Betaal jij met de kaart of contant? Betaal jij met de kaart of contant?
Hij betaalt de rekening na het eten. Hij betaalt de rekening na het eten.
Wij betalen de prijs en vragen om korting. Wij betalen de prijs en vragen om korting.
Jullie betalen samen in de portemonnee. Jullie betalen samen in de portemonnee.
Zij betalen altijd met euro’s in deze winkel. Zij betalen altijd met euro’s in deze winkel.

Oefening: Werkwoordsvervoeging

Instructie: Kies de juiste vorm.

Toon vertaling Toon antwoorden

betaalt, betaal, betalen

1.
... jij met de kaart of contant?
(Betaal jij met de kaart of contant?)
2.
Zij ... altijd met euro’s in deze winkel.
(Zij betalen altijd met euro’s in deze winkel.)
3.
Hij ... de rekening na het eten.
(Hij betaalt de rekening na het eten.)
4.
Wij ... de prijs en vragen om korting.
(Wij betalen de prijs en vragen om korting.)
5.
Ik ... contant geld in de winkel.
(Ik betaal contant geld in de winkel.)
6.
Jullie ... samen in de portemonnee.
(Jullie betalen samen in de portemonnee.)