Drinken (drinken) - Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs (Onvoltooid tegenwoordige tijd , aantonende wijs)

 Drinken (drinken) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Drinken - Vervoeging van Drinken in het Nederlands: Vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de tegenwoordige tijd, aantoondende wijs (Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs).

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs (Onvoltooid tegenwoordige tijd , aantonende wijs)

Alle vervoegingen en tijden: Drinken (drinken) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Lesprogramma: Nederlandse les - Dagelijks eten (Dagelijks eten)

Vervoeging van drinken in de Onvoltooid Tegenwoordige Tijd (OTT)

Nederlands Nederlands
(ik) drink (ik) drink
(jij) dronk / drinkt (jij) dronk / drinkt
(hij/zij/het) dronk / drinkt (hij/zij/het) dronk / drinkt
(wij) drinken (wij) drinken
(jullie) drinken (jullie) drinken
(zij) drinken (zij) drinken

Voorbeeldzinnen

Nederlands Nederlands
Ik drink elke ochtend koffie bij het ontbijt. Ik drink elke ochtend koffie bij het ontbijt.
Drink jij water bij het avondeten? Drink jij water bij het avondeten?
Hij drinkt thee met het zout erbij. Hij drinkt thee met het zout erbij.
Wij drinken melk bij het brood. Wij drinken melk bij het brood.
Jullie drinken sinaasappelsap na het werk. Jullie drinken sinaasappelsap na het werk.
Zij drinken meestal water met de paprika en tomaat. Zij drinken meestal water met de paprika en tomaat.

Oefening: Werkwoordsvervoeging

Instructie: Kies de juiste vorm.

Toon vertaling Toon antwoorden

drink, drinkt, drinken

1.
Hij ... thee met het zout erbij.
(Hij drinkt thee met het zout erbij.)
2.
Wij ... melk bij het brood.
(Wij drinken melk bij het brood.)
3.
Jullie ... sinaasappelsap na het werk.
(Jullie drinken sinaasappelsap na het werk.)
4.
Zij ... meestal water met de paprika en tomaat.
(Zij drinken meestal water met de paprika en tomaat.)
5.
Ik ... elke ochtend koffie bij het ontbijt.
(Ik drink elke ochtend koffie bij het ontbijt.)