Lijken (lijken) - Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs (Onvoltooid tegenwoordige tijd , aantonende wijs)

 Lijken (lijken) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Lijken - Vervoeging van Lijken in het Nederlands: Vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de tegenwoordige tijd, aantonende wijs (Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs).

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs (Onvoltooid tegenwoordige tijd , aantonende wijs)

Alle vervoegingen en tijden: Lijken (lijken) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Lesprogramma: Nederlandse les - Fysiek en uiterlijk (Fysiek en uiterlijk)

Vervoeging van lijken in de Onvoltooid Tegenwoordige Tijd (OTT)

Nederlands Nederlands
(ik) lijk (ik) lijk
(jij) lijkt/lijk (jij) lijkt/lijk
(hij/zij/het) lijkt (hij/zij/het) lijkt
(wij) lijken (wij) lijken
(jullie) lijken (jullie) lijken
(zij) lijken (zij) lijken

Voorbeeldzinnen

Nederlands Nederlands
Ik lijk op mijn vader met die baard. Ik lijk op mijn vader met die baard.
Jij lijkt dik met zo'n korte jas. Jij lijkt dik met zo'n korte jas.
Hij lijkt groot met die lange benen. Hij lijkt groot met die lange benen.
Wij lijken klein zonder onze brillen. Wij lijken klein zonder onze brillen.
Jullie lijken mooi met krullen. Jullie lijken mooi met krullen.
Zij lijken blond met die lichte huid. Zij lijken blond met die lichte huid.

Oefening: Werkwoordsvervoeging

Instructie: Kies de juiste vorm.

Toon vertaling Toon antwoorden

lijkt, <strong>lijk, lijken, lijk

1.
Wij ... klein zonder onze brillen.
(Wij lijken klein zonder onze brillen.)
2.
Ik ... op mijn vader met die baard.
(Ik lijk op mijn vader met die baard.)
3.
Jij ...t dik met zo'n korte jas.
(Jij lijkt dik met zo'n korte jas.)
4.
Jullie ... mooi met krullen.
(Jullie lijken mooi met krullen.)
5.
Hij ... groot met die lange benen.
(Hij lijkt groot met die lange benen.)
6.
Zij ... blond met die lichte huid.
(Zij lijken blond met die lichte huid.)