Moeten (moeten) - Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs (Onvoltooid tegenwoordige tijd , aantonende wijs)

 Moeten (moeten) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Moeten - Vervoeging van Moeten in het Nederlands: Vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de tegenwoordige tijd, aantonende wijs (Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs).

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs (Onvoltooid tegenwoordige tijd , aantonende wijs)

Alle vervoegingen en tijden: Moeten (moeten) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Lesprogramma: Nederlandse les - Koken en bakken (Koken en bakken)

Vervoeging van moeten in de onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT)

Nederlands Nederlands
(ik) moet (ik) moet
(jij) moet / moet (jij) moet / moet
(hij/zij/het) moet (hij/zij/het) moet
(wij) moeten (wij) moeten
(jullie) moeten (jullie) moeten
(zij) moeten (zij) moeten

Voorbeeldzinnen

Nederlands Nederlands
Ik moet de bloem wegen voor het recept. Ik moet de bloem wegen voor het recept.
Jij moet de boter en suiker mengen. Jij moet de boter en suiker mengen.
Hij moet de ingrediënten snijden voor het bakken. Hij moet de ingrediënten snijden voor het bakken.
Wij moeten de olie in de pan doen. Wij moeten de olie in de pan doen.
Jullie moeten het deeg omdraaien tijdens het bakken. Jullie moeten het deeg omdraaien tijdens het bakken.
Zij moeten een snufje zout toevoegen. Zij moeten een snufje zout toevoegen.

Oefening: Werkwoordsvervoeging

Instructie: Kies de juiste vorm.

Toon vertaling Toon antwoorden

moet, moeten

1.
Jullie ... het deeg omdraaien tijdens het bakken.
(Jullie moeten het deeg omdraaien tijdens het bakken.)
2.
Hij ... de ingrediënten snijden voor het bakken.
(Hij moet de ingrediënten snijden voor het bakken.)
3.
Jij ... de boter en suiker mengen.
(Jij moet de boter en suiker mengen.)
4.
Zij ... een snufje zout toevoegen.
(Zij moeten een snufje zout toevoegen.)
5.
Ik ... de bloem wegen voor het recept.
(Ik moet de bloem wegen voor het recept.)
6.
Wij ... de olie in de pan doen.
(Wij moeten de olie in de pan doen.)