Tellen (tellen) - Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs (Onvoltooid tegenwoordige tijd , aantonende wijs) Delen Gekopieerd!

Tellen - Vervoeging van Tellen in het Nederlands: vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de tegenwoordige tijd, aantonende wijs (Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs).
Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs (Onvoltooid tegenwoordige tijd , aantonende wijs)
Alle vervoegingen en tijden: Tellen (tellen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen
Lesprogramma: Nederlandse les - Cijfers en tellen (Cijfers en tellen)
Vervoeging van tellen in de onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT)
Nederlands | Nederlands |
---|---|
ik tel | ik tel |
jij telt | jij telt |
hij/zij/het telt | hij/zij/het telt |
wij tellen | wij tellen |
jullie tellen | jullie tellen |
zij tellen | zij tellen |
Voorbeeldzinnen
Nederlands | Nederlands |
---|---|
Ik tel tot tien. | Ik tel tot tien. |
Jij telt de vrouwen. | Jij telt de vrouwen. |
Hij telt één boek. | Hij telt één boek. |
Wij tellen tot twintig. | Wij tellen tot twintig. |
Jullie tellen de talen. | Jullie tellen de talen. |
Zij tellen de huizen. | Zij tellen de huizen. |
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie: Kies de juiste vorm.
telt, tel, tellen
1.
Jij ... de vrouwen.
(Jij telt de vrouwen.)
2.
Zij ... de huizen.
(Zij tellen de huizen.)
3.
Wij ... tot twintig.
(Wij tellen tot twintig.)
4.
Hij ... één boek.
(Hij telt één boek.)
5.
Ik ... tot tien.
(Ik tel tot tien.)
6.
Jullie ... de talen.
(Jullie tellen de talen.)