Nederlands A1.15: Dagelijks eten - herhalingsoefeningen
Deze oefeningen kunnen samen met de docent worden gedaan om de les te beginnen.
Deze oefeningen herhalen de laatste 5 lessen en kunnen aan het begin van de les of als huiswerk worden gedaan ter voorbereiding van de les.
Oefening 1: Grammatica-herhalingsoefening (laatste 5 lessen)
Instructie: Vul het juiste woord in.
tussen, gaan, Het sneeuwt, zesentwintigste, Het waait
Oefening 2: Vertaal en gebruik in een zin
Instructie: Kies een woord, vertaal het en gebruik het woord in een zin of dialoog.
1
Aankomen
Aankomen
2
Het moment
Het moment
3
De sneeuw
De sneeuw
4
De tweede
De tweede
5
Pinksteren
Pinksteren
Oefening 3: Werkwoordsvervoeging
Instructie: Kies het juiste werkwoord en de juiste tijd.
vertrekken, herinneren, voel, voelen, gaan
Oefening 4: Vertaal en maak zinnen
Instructie: Vertaal de woorden en zinnen hieronder.