10K+ studenten - 4.8/5

Leer met een leraar Inclusief leermaterialen Oefen conversatie

Nederlands A1.36: In de tuin - herhalingsoefeningen

Deze oefeningen kunnen samen met de docent worden gedaan om de les te beginnen.

Terug naar les

Deze oefeningen herhalen de laatste 5 lessen en kunnen aan het begin van de les of als huiswerk worden gedaan ter voorbereiding van de les.

Oefening 1: Grammatica-herhalingsoefening (laatste 5 lessen)

Instructie: Vul het juiste woord in.

Toon vertaling Toon antwoorden

tussen, gaan, Het sneeuwt, zesentwintigste, Het waait

1. Waaien:
... hard langs de kust.
(Het waait hard langs de kust.)
2.
De winkel is gesloten ... twaalf en één uur.
(De winkel is gesloten tussen twaalf en één uur.)
3. 26:
De hoeveelste is het vandaag? Het is de ....
(De hoeveelste is het vandaag? Het is de zesentwintigste.)
4. Sneeuwen:
... in de bergen in de winter.
(Het sneeuwt in de bergen in de winter.)
5.
Volgend jaar ... we samen reizen.
(Volgend jaar gaan we samen reizen.)

Oefening 2: Vertaal en gebruik in een zin

Instructie: Kies een woord, vertaal het en gebruik het woord in een zin of dialoog.

1

De deur


De deur

2

De loft


De loft

3

De oven


De oven

4

De verwarming


De verwarming

5

De lamp


De lamp

Oefening 3: Vertaal en maak zinnen

Instructie: Vertaal de woorden en zinnen hieronder.

1. De eigenaar opent de deur van de keuken.
De eigenaar opent de deur van de keuken.
2. Zet de stofzuiger aan in de woonkamer voor het schoonmaken.
Zet de stofzuiger aan in de woonkamer voor het schoonmaken.
3. De douche is in de badkamer naast het toilet.
De douche is in de badkamer naast het toilet.
4. De vork ligt op de tafel bij het bord.
De vork ligt op de tafel bij het bord.
5. De stoel staat in de woonkamer naast de tafel.
De stoel staat in de woonkamer naast de tafel.