Woordenschat (14)

 De apotheek: De apotheek (Nederlands)

Waar is de apotheek op de kaart?

Show

Waar is de apotheek op de kaart? Show

De apotheek

Show

De apotheek Show

 Het ziekenhuis: Het ziekenhuis (Nederlands)

Het ziekenhuis is naast de spoed.

Show

Het ziekenhuis is naast de spoed. Show

Het ziekenhuis

Show

Het ziekenhuis Show

 De bibliotheek: De bibliotheek (Nederlands)

De bibliotheek is naast de school.

Show

De bibliotheek is naast de school. Show

De bibliotheek

Show

De bibliotheek Show

 De spoed: De spoed (Nederlands)

De spoed is vlakbij het ziekenhuis.

Show

De spoed is vlakbij het ziekenhuis. Show

De spoed

Show

De spoed Show

 Gebruiken (gebruiken) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Zij gebruiken de wasmachine om de kleding te wassen.

Show

Zij gebruiken de wasmachine om de kleding te wassen. Show

Gebruiken

Show

Gebruiken Show

 Klaar: Klaar (Nederlands)

Hij is klaar om naar de bibliotheek te gaan voor boeken.

Show

Hij is klaar om naar de bibliotheek te gaan voor boeken. Show

Klaar

Show

Klaar Show

 Het kantoor: Het kantoor (Nederlands)

Het kantoor is dicht, we reserveren later.

Show

Het kantoor is dicht, we reserveren later. Show

Het kantoor

Show

Het kantoor Show

 Het postkantoor: Het postkantoor (Nederlands)

Het postkantoor is naast de supermarkt.

Show

Het postkantoor is naast de supermarkt. Show

Het postkantoor

Show

Het postkantoor Show

 De school: De school (Nederlands)

Waar is de school op de kaart?

Show

Waar is de school op de kaart? Show

De school

Show

De school Show

 De sportschool: De sportschool (Nederlands)

Waar is de sportschool op de kaart?

Show

Waar is de sportschool op de kaart? Show

De sportschool

Show

De sportschool Show

 De universiteit: De universiteit (Nederlands)

Wij zitten bij de universiteit.

Show

Wij zitten bij de universiteit. Show

De universiteit

Show

De universiteit Show

 De bakker: De bakker (Nederlands)

De bakker zit naast de supermarkt.

Show

De bakker zit naast de supermarkt. Show

De bakker

Show

De bakker Show

 Wachten (wachten) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Ik wacht in de apotheek.

Show

Ik wacht in de apotheek. Show

Wachten

Show

Wachten Show

 Koken (koken) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Ik kook eten voor de school.

Show

Ik kook eten voor de school. Show

Koken

Show

Koken Show

Oefeningen

Deze oefeningen kunnen tijdens conversatielessen samen gedaan worden of als huiswerk.

Oefening 1: Gespreksoefening

Instructie:

  1. Wat heeft Eva vandaag gedaan? Waar is ze langsgekomen? (Wat heeft Eva vandaag gedaan? Waar is ze langsgekomen?)
  2. Waar ben je vandaag geweest? (Waar ben je vandaag geweest?)

Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 10 minuten

Voorbeeldzinnen:

Eva is vanmorgen naar de sportschool gegaan.

Eva is vanmorgen naar de sportschool gegaan.

Daarna is ze langs de bakker gegaan om wat eten te kopen.

Daarna is ze langs de bakker gegaan om wat eten te kopen.

Ze is langs de bank gelopen in de avond.

Ze is langs de bank gelopen in de avond.

Ik ben vandaag naar het ziekenhuis gegaan omdat ik daar als arts werk.

Ik ben vandaag naar het ziekenhuis gegaan omdat ik daar als arts werk.

Ik ben vanmorgen naar de school geweest vanwege mijn kinderen.

Ik ben vanmorgen naar de school geweest vanwege mijn kinderen.

Ik ben vandaag naar de universiteit en de bibliotheek geweest.

Ik ben vandaag naar de universiteit en de bibliotheek geweest.

...

Oefening 2: Zinnen herschikken

Instructie: Maak correcte zinnen en vertaal.

Toon antwoorden Toon vertaling
1.
gaan voor | Hij is | naar de | bibliotheek te | boeken. | klaar om
Hij is klaar om naar de bibliotheek te gaan voor boeken.
(Hij is klaar om naar de bibliotheek te gaan voor boeken.)
2.
zit | naast | de | supermarkt. | De | bakker
De bakker zit naast de supermarkt.
(De bakker zit naast de supermarkt.)
3.
op de | de apotheek | kaart? | Waar is
Waar is de apotheek op de kaart?
(Waar is de apotheek op de kaart?)
4.
keuken gekookt. | Jullie hebben | de school | samen in
Jullie hebben samen in de school keuken gekookt.
(Jullie hebben samen in de school keuken gekookt.)
5.
later. | is dicht, | Het kantoor | we reserveren
Het kantoor is dicht, we reserveren later.
(Het kantoor is dicht, we reserveren later.)
6.
kantoor | gewacht. | hebben | op | Jullie | het
Jullie hebben op het kantoor gewacht.
(Jullie hebben op het kantoor gewacht.)
7.
medicijn gebruikt | bij de | het nieuwe | apotheek. | Hij heeft
Hij heeft het nieuwe medicijn gebruikt bij de apotheek.
(Hij heeft het nieuwe medicijn gebruikt bij de apotheek.)

Oefening 3: Vertaal en gebruik in een zin

Instructie: Kies een woord, vertaal het en gebruik het woord in een zin of dialoog.

1

De bakker


De bakker

2

De spoed


De spoed

3

De apotheek


De apotheek

4

Het kantoor


Het kantoor

5

Het postkantoor


Het postkantoor

Oefening 4: Werkwoordsvervoeging

Instructie: Kies het juiste werkwoord en de juiste tijd.

Toon vertaling Toon antwoorden

heeft, hebben, gebruikt, gewacht, gekookt, heb

1.
Hij ... voor de vakantie ....
(Hij heeft voor de vakantie gekookt.)
2.
... jullie de apparaten ... in de sportschool?
(Hebben jullie de apparaten gebruikt in de sportschool?)
3.
Ik ... in het ziekenhuis ....
(Ik heb in het ziekenhuis gewacht.)
4.
Ik ... het recept ... in de keuken.
(Ik heb het recept gebruikt in de keuken.)
5.
Wij ... bij de bibliotheek ....
(Wij hebben bij de bibliotheek gewacht.)
6.
Jullie ... samen in de school keuken ....
(Jullie hebben samen in de school keuken gekookt.)
7.
Hij ... op de universiteit ....
(Hij heeft op de universiteit gewacht.)
8.
... jij bij de apotheek ...?
(Heb jij bij de apotheek gewacht?)

Oefening 5: Het voltooid deelwoord met hebben/zijn

Instructie: Vul het juiste woord in.

Grammatica: Het voltooid deelwoord met hebben/zijn

Toon vertaling Toon antwoorden

is, hebt, gebouwd, geleend, heb, zijn, gewacht, gesport, verstuurd, hebben, gepland, heeft, geopend, gegaan

1. Lenen:
Ik ... een boek van de bibliotheek ....
(Ik heb een boek van de bibliotheek geleend.)
2. Gaan:
Wij ... naar het ziekenhuis ....
(Wij zijn naar het ziekenhuis gegaan.)
3. Bouwen:
De school ... naast de bibliotheek ....
(De school is naast de bibliotheek gebouwd.)
4. Wachten:
Zij ... lang op de bus ....
(Zij hebben lang op de bus gewacht.)
5. Openen:
Het postkantoor ... om acht uur ....
(Het postkantoor is om acht uur geopend.)
6. Plannen:
Hij ... een afspraak in het ziekenhuis ....
(Hij heeft een afspraak in het ziekenhuis gepland.)
7. Sporten:
Jij ... gisteren in de sportschool ....
(Jij hebt gisteren in de sportschool gesport.)
8. Versturen:
Ik ... een brief ... bij het postkantoor.
(Ik heb een brief verstuurd bij het postkantoor.)

Grammatica

We geven toe dat het niet het meest opwindende is, maar het is absoluut essentieel (en we beloven dat het zich zal terugbetalen)!

Werkwoordsvervoegingstabellen voor deze les

Gebruiken gebruiken

Voltooid verleden tijd (VVT)

Nederlands Nederlands
ik heb gebruikt ik heb gebruikt
jij hebt/gebruikt jij hebt/gebruikt
hij/zij/het heeft gebruikt hij/zij/het heeft gebruikt
wij hebben gebruikt wij hebben gebruikt
jullie hebben gebruikt jullie hebben gebruikt
zij hebben gebruikt zij hebben gebruikt

Oefeningen en voorbeeldzinnen

Wachten wachten

Voltooid verleden tijd (VVT)

Nederlands Nederlands
ik heb gewacht ik heb gewacht
jij hebt/heb gewacht jij hebt/heb gewacht
hij/zij/het heeft gewacht hij/zij/het heeft gewacht
wij hebben gewacht wij hebben gewacht
jullie hebben gewacht jullie hebben gewacht
zij hebben gewacht zij hebben gewacht

Oefeningen en voorbeeldzinnen

Koken koken

Voltooid verleden tijd (VVT)

Nederlands Nederlands
ik heb gekookt ik heb gekookt
jij hebt gekookt jij hebt gekookt
hij/zij/het heeft gekookt hij/zij/het heeft gekookt
wij hebben gekookt wij hebben gekookt
jullie hebben gekookt jullie hebben gekookt
zij hebben gekookt zij hebben gekookt

Oefeningen en voorbeeldzinnen

Zie je geen vooruitgang als je alleen studeert? Bestudeer dit materiaal met een gecertificeerde docent!

Wil je vandaag Nederlands oefenen? Dat kan! Neem vandaag nog contact op met een van onze docenten.

Schrijf je nu in!

Deze lessen zouden niet mogelijk zijn zonder onze geweldige partners🙏