Luister- en leesmateriaal
Oefen woordenschat in context met echte materialen.
Woordenschat (14) Delen Gekopieerd!
Oefeningen Delen Gekopieerd!
Deze oefeningen kunnen tijdens conversatielessen samen gedaan worden of als huiswerk.
Oefening 1: Gespreksoefening
Instructie:
- Vertel op welk uur Raul welke activiteit doet. (Vertel op welk uur Raul welke activiteit doet.)
- Beschrijf je dagelijkse routine. (Beschrijf je dagelijkse routine.)
Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 10 minuten
Voorbeeldzinnen:
Om 7:00 wordt Raul wakker. Om 7:00 wordt Raul wakker. |
Om kwart over zeven doucht Raul. Om kwart over zeven doucht Raul. |
Raul gaat om half twaalf 's nachts naar bed. Raul gaat om half twaalf 's nachts naar bed. |
Ik sta op om half acht. Ik sta op om half acht. |
Ik ontbijt om kwart voor acht. Ik ontbijt om kwart voor acht. |
Ik ga om tien uur 's avonds naar bed. Ik ga om tien uur 's avonds naar bed. |
... |
Oefening 2: Zinnen herschikken
Instructie: Maak correcte zinnen en vertaal.
Oefening 3: Vertaal en gebruik in een zin
Instructie: Kies een woord, vertaal het en gebruik het woord in een zin of dialoog.
1
Dagelijks
Dagelijks
2
Werken
Werken
3
Opstaan
Opstaan
4
Kammen
Kammen
5
Zich wassen
Zich wassen
Oefening 4: Werkwoordsvervoeging
Instructie: Kies het juiste werkwoord en de juiste tijd.
scheren ons, wast je, slaapt, slapen, wassen je, wassen ons, scheer me
Oefening 5: Wederkerende werkwoorden (zich wassen, zich scheren)
Instructie: Vul het juiste woord in.
Grammatica: Wederkerende werkwoorden (zich wassen, zich scheren)
Toon vertaling Toon antwoordenwas me, scheert je, vergist zich, wassen zich, haasten je, herinner me, schaamt zich
Grammatica Delen Gekopieerd!
We geven toe dat het niet het meest opwindende is, maar het is absoluut essentieel (en we beloven dat het zich zal terugbetalen)!
A1.16.2 Grammatica
Wederkerende werkwoorden (zich wassen, zich scheren)
Wederkerende werkwoorden (zich wassen, zich scheren)
Werkwoordsvervoegingstabellen voor deze les Delen Gekopieerd!
Zich scheren zich scheren Delen Gekopieerd!
Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT)
Nederlands | Nederlands |
---|---|
ik scheer me | ik scheer me |
jij scheert je | jij scheert je |
hij/zij/het scheert zich | hij/zij/het scheert zich |
wij scheren ons | wij scheren ons |
jullie scheren je | jullie scheren je |
zij scheren zich | zij scheren zich |
Zich wassen zich wassen Delen Gekopieerd!
Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT)
Nederlands | Nederlands |
---|---|
ik was me | ik was me |
jij wast je | jij wast je |
hij/zij/het wast zich | hij/zij/het wast zich |
wij wassen ons | wij wassen ons |
jullie wassen je | jullie wassen je |
zij wassen zich | zij wassen zich |
Slapen slapen Delen Gekopieerd!
Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT)
Nederlands | Nederlands |
---|---|
ik slaap | ik slaap |
jij slaapt | jij slaapt |
hij/zij/het slaapt | hij/zij/het slaapt |
wij slapen | wij slapen |
jullie slapen | jullie slapen |
zij slapen | zij slapen |
Zie je geen vooruitgang als je alleen studeert? Bestudeer dit materiaal met een gecertificeerde docent!
Wil je vandaag Nederlands oefenen? Dat kan! Neem vandaag nog contact op met een van onze docenten.